Vrienden van Toen

Nog eenmaal in haar leven wilde ze naar Harlingen, het stadje waar ze vandaan kwam, waar haar kinderen geboren waren, waar ze gewoond had tot pal na de oorlog. Nog eenmaal wou ze over de Voorstraat heen en bij de boot kijken. Ze was nu 95 – een oude dame in een fragiel lichaam met het geheugen van een olifant.

“Ik wil er nog één keer heen voordat het te laat is jongen,” had ze tegen haar kleinzoon gezegd en samen gingen ze op pad, haar rolstoel ingeklapt op de achterbank van de auto.

“We gaan eerst naar de Liemendijk,” besliste ze toen ze gearriveerd waren en de auto op de Noorderhaven geparkeerd hadden. “Daar had ik goede vrienden wonen.” Haar kleinzoon installeerde haar in haar stoel en wikkelde een plaid om haar benen. “Wat is het veranderd,” mijmerde ze toen ze op de Liemendijk aankwamen. “Ik herken het hier bijna niet meer, behalve die huisjes die daar staan.” Ze wees op een rijtje authentieke woninkjes en glimlachte. “In een van die huisjes woonden mijn vrienden. Hij speelde piano en rookte pijp. Het was zo’n vrolijke man. Zijn vrouw was een mooie, statige vrouw. We kwamen wel eens bij elkaar op visite. God, wat is dat al lang geleden.” Ze schudde haar hoofd, als in ongeloof.

“Zullen we verder?”, zei de kleinzoon. Hij keek tersluiks op zijn horloge en ze knikte. Op de Noorderhaven hielden ze stil bij een van de grote huizen met struikelstenen voor de deur. De oude dame boog voorover om de kleine keien met messing plaatjes te bestuderen. Zachtjes fluisterde ze alle namen die op de stenen stonden. Haar kleinzoon keek ernstig. “Ik heb deze mensen gekend jongen,” zei ze toen ze opkeek. “Het waren goede mensen. Harde werkers. Op een dag waren ze weg. Gedeporteerd. Ook hier in Harlingen hebben de Duitsers flink huisgehouden. Ze hebben 46 mensen uit hun huizen gehaald en afgevoerd. Slechts één Joodse bewoner heeft de Holocaust overleefd.” Haar blik vertroebelde bij de gruwelijke herinnering en ze perste haar lippen grimmig op elkaar.

Ze liepen verder – via de Noorderhaven door naar de Simon Stijlstraat. Elke struikelsteen wou ze zien, bij elke steen boog ze zich voorover en prevelde de namen die erop stonden. Uiteindelijk had ze alle struikelstenen gezien. Had ze zachtjes alle namen gefluisterd.
“Is het niet te koud oma?”, vroeg haar kleinzoon toen ze de laatste stenen op de Kleine Bredeplaats bekeken had. Er stak een windje op en de zon verdween achter de wolken. De oude dame hoorde hem niet.

“Ik begrijp niet hoe het heeft kunnen gebeuren weet je dat?”, peinsde ze. “Ik ben nu al zo oud en ik begrijp het nog steeds niet.” Ze deed haar ogen even dicht. In haar hoofd flitsten beelden voorbij van de mensen van toen. Zag ze de kindjes van toen aan de hand van hun moeders door het stadje lopen. In gedachten hoorde ze het schaterlachen dat de kamers vulde als ze bij elkaar op visite waren. Ze slikte en veegde over haar ogen.

“Gaat het oma?”, hoorde ze haar kleinzoon vanuit de verte. Hij klonk bezorgd. De oude dame glimlachte bedroefd. “Laten we maar gaan jongen. Ik begin een beetje moe te worden.” Ze rilde en trok haar jas wat dichter om zich heen. Haar kleinzoon draaide haar rolstoel om en duwde haar voort, richting auto. Bij het wegrijden keek ze nog eenmaal om. “Dag Harlingen. Dag vrienden van toen,” fluisterde ze. “Het was goed om even bij jullie te zijn. Ik ben jullie nooit vergeten.”

Voor hen die we nooit mogen vergeten.

30 gedachten over “Vrienden van Toen”

  1. Prachtig verhaal.
    Het had mijn tante kunnen zijn, vol verhalen in een niet te verslijten geest, helaas werkt het lichaam niet meer mee.
    De oorlog is een bron van gruwelijkheden, die de ouderen zo weer kunnen terughalen.
    Eigenlijk is het nog steeds onbegrijpelijk.

  2. Me vandaag nog wat het werk betreft georiënteerd op de stolpersteine. Kijken of wij er ook iets mee kunnen.
    Mooi geschreven. Ik was gisteren in het Achterhuis. Ook zo intens indrukwekkend.

  3. Wat ontroerend geschreven. Ik vind het contrast ook zo mooi tussen de oude dame die stil staat bij de herinneringen van vroeger en de kleinzoon die nog volledig in het nu is en op zijn horloge kijkt en zich afvraagt of oma het niet te koud heeft. Prachtig!

  4. Heel mooi geschreven! Ik wandelde met de oude dame mee door een Harlingen wat ik niet ken, maar wat wel heel vertrouwd leek. Ze fluistert de namen en zo ontmoet ze haar oude vrienden weer, prachtig en waar. “Je bent pas dood, wanneer je naam niet meer wordt genoemd.”
    Wat goed dat er in jullie gemeente Stolpersteine zijn geplaatst. Ik had het er laatst nog over met een vriendin: waarom niet in Zaanstad? Ik ga er werk van maken!

  5. Ik kende het fenomeen ‘struikelstenen’ helemaal niet. Even gegoogeld en blijken er ook hier in België te liggen. Ga er zeker eens naar kijken!
    En zoals altijd: prachtig geschreven!

  6. Ik snap het ook nog steeds niet, maar weiger het ook. De eerste keer dat ik over de struikelstenen las, kreeg ik kippenvel. Het is een Duitsers die ze maakt. Heel bijzonder, net als jouw verhaal. Heel ingetogen en voelend heb je het geschreven.

  7. Mooi verhaal weer. Het zou zo als filmscript gebruikt kunnen worden. Zo beeldend!
    Wat mijn blog betreft…. Ja… i.d.d . Laadt erg langzaam op, ligt waarschijnlijk aan de vele filmpjes die erop staan en opgeladen worden en als meerdere mensen dat ter gelijkertijd doen…… En het blijft een gratis blog; daar kun je niet al te veel eisen aan stellen……

  8. Volgens mij ben ik nog nooit in Harlingen geweest… Mijn hartsvriendin van vroeger had volgens mij haar lievelingstante in Harlingen wonen. Gek dat die herinnering ineens naar boven komt drijven. *zucht*
    Leuk dat je mij gevonden hebt trouwens! Nu heb ik jou ook ontdekt… 😉

  9. Rebelse Huisvrouw

    Dank allen, voor jullie reactie en voor straks (hoewel: straks? Het is al midden in de nacht 😉 ) welterusten!

  10. Ach wat een heel mooi verhaal zeg. Ja je snapt het inderdaad niet dat zoiets zo massaal heeft kunnen gebeuren. Aan de andere kant ook wel, mensen zijn soms kuddedieren en helaas zie je dat soms nog steeds gebeuren.

  11. Prachtig beschreven. Vanuit een mens die niet alleen in de oorlog, maar ook daarna vast de nodige vrienden zal zijn kwijtgeraakt. Dan koester je wat nog is. En da tis in haar geval erg weinig…

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Abonneer je op dit blog

Voer je e-mailadres in om je in te schrijven op dit blog en e-mailmeldingen te ontvangen van nieuwe berichten.

Archieven

Leuke Links

Blogroll

De Rebelse Huisvrouw